Landbouw en natuur in balans: deze projectheld laat het slagen in Bolivia
15 mei 2025
15 mei 2025
Een succesvol boomaanplant- of herbebossingsproject vraagt om lef en doorzettingsvermogen. In onze serie ‘Projecthelden’ spreken we met de mensen die de drijvende kracht zijn achter de projecten die we steunen. Wat maakt dat zij zich inzetten voor de aanplant van bomen? En dat (vaak) onder zeer uitdagende omstandigheden? Deze keer: German Vargas (62), coördinator van het herbebossingsproject dat we in het Boliviaanse Andesgebergte mogelijk maken.
Terwijl we op veldbezoek zijn in de Boliviaanse Andes, gebeurt er iets bijzonders. Projectcoördinator German leidt ons langs een van de plantlocaties nabij La Paz en krijgt namens de dorpsgemeenschap een bloemenkrans omgehangen. Als dank voor wat hij de afgelopen jaren aan positieve veranderingen teweeg heeft gebracht en waarvan we de resultaten nu voor ons zien: jonge bosaanplant op de berghellingen, reservoirs vol water en boomgaarden met bloeiende gewassen waar eerst kale grond was.
Het bosproject heeft een deel van het Andesgebergte nieuw leven ingeblazen. German reageert meteen: “Jullie moeten jezelf bedanken. Jullie geloven erin en hebben al het werk geleverd.” Het toont de bescheidenheid van de man die zich al veertig jaar sterk maakt voor een harmonieuze verhouding tussen mens en natuur.
German Vargas helpt lokale gemeenschappen in Bolivia op weg met herbebossing en agroforestry (duurzame boslandbouw).
Iedere dag reist German van hot naar her om het project te coördineren en workshops te geven aan de lokale bevolking over herbebossing en agroforestry. Zelf woont hij in Cochabamba, de stad in het hart van Bolivia. In zijn jeugd was dit een groene oase. “Overal waren waterbronnen, de grond was vruchtbaar en het regende het hele jaar door, ook al was het soms een beetje.” Nu is dat wel anders: de bossen waar German als kind speelde, zijn verdwenen. En langdurige droogte en tegenvallende oogsten komen steeds vaker voor.
Die verarming van de regio en klimaatverandering waren al in gang gezet toen German ging studeren. Gemotiveerd door de herinneringen uit zijn kindertijd en de boerenachtergrond van zijn ouders koos hij voor landbouwkunde. Het werd een koude douche. “We leerden om pesticiden te spuiten en tractor te rijden. Ik vroeg me hardop af waarom: dat vergif en die tractoren zijn helemaal niet geschikt voor onze regio.”
Zware erosie in het Boliviaanse Andesgebergte door de gevolgen van klimaatverandering en het verlies van oorspronkelijke natuur.
German wil het anders doen. Na zijn studie diende hij een voorstel in bij de Verenigde Naties. Die hadden rond Cochabamba herbebossingsprojecten opgezet met snelgroeiende boomsoorten van elders uit de wereld. Eucalyptus en dennen bijvoorbeeld, bedoeld voor houtproductie. Maar German wilde aan de slag met inheemse boomsoorten; soorten die van nature in het Andesgebergte thuishoren en bijdragen aan bodemherstel.
Het project stemde toe. De eerste lokale boomsoorten werden bij boeren in de grond gezet. German: “Het werd een grote mislukking, want in tegenstelling tot eucalyptus bekommerden de boeren zich er niet om. Ze zagen deze soorten als onkruid en lieten toe dat het vee het kaal vrat. Binnen de kortste keren was alle aanplant weg.”
Toch liet German zich niet ontmoedigen. Hij bleef erbij dat in de natuur de oplossing lag. Een combinatie van landbouw met bomen van lokale afkomst, zonder pesticiden of kunstmest: dát moest het worden.
In 2013 ontmoette hij Menno Staarink, oprichter van Stichting Samay, die zich in Bolivia inzette tegen armoede en zich meer op ecologische projecten wilde richten. German kreeg steun om aan de slag te gaan met duurzame boslandbouw. Het idee: families planten een combinatie van gewassen (om van te leven), fruitbomen (voor de markt) en inheemse bomen (om het microklimaat en de bodem te verbeteren). Opnieuw stuitte het planten van die lokale boomsoorten op weerstand bij boeren. Ze vonden dat de bomen geen directe inkomsten opleverden, terwijl ze toch het nodige onderhoud vroegen.
De grote ommekeer kwam met de aankoop van een boerderij in de bergen met anderhalve hectare grond. German: “Elke keer moest ik boeren overtuigen om ook inheemse bomen te planten. Als ze niet wilden, wat kon ik dan nog doen? Zij zijn immers de eigenaren van de grond.” En dus ging hij op het aangekochte land aan de slag samen met een eigen team om te laten zien dat herbebossing en agroforestry wél kans van slagen hebben.
German op de modelboerderij, waar jaarlijks meer dan duizend bezoekers demonstraties krijgen over de aanplant van bomen en aanleg van waterreservoirs (op de achtergrond).
In drie jaar tijd legde het team een compleet voedselbos aan. Het hele jaar door groeien hier gewassen zoals tuinboon, mais en aardappel en bomen vol appels, peren en perziken. Daartussen groeien inheemse boomsoorten, zoals molle en kewiña. Er is een waterbekken nagebootst en water wordt opgevangen in grote reservoirs. De boerderij zelf is omgebouwd tot een trainingscentrum. German: “Deelnemers kunnen hier zelf bomen planten en snoeien, en ervaren hoe makkelijk alles groeit en bloeit.”
De modelboerderij trekt jaarlijks meer dan duizend geïnteresseerde bezoekers, zoals boeren, overheidsfunctionarissen en studenten. Al komen er met de toenemende belangstelling ook vervelende telefoontjes uit de hoek van de agro-industrie. “Ze roepen dat ik hun markt verpest, terwijl ik alleen wil laten zien dat de landbouw ook in harmonie met de natuur kan gaan.”
Soms weet German personen uit die sector over te halen. “Er kwam hier een man die in pesticiden handelde. Ik vroeg hem waarom hij middelen verkoopt die de bodem en onze gezondheid kapotmaken. De man werd emotioneel en vertelde dat hij kanker had. Een week later sloot hij zijn winkel en zocht hij me weer op. Hij zei: ‘Ik ga biologische producten verkopen. Het zal me niet van de kanker genezen, maar ik wil wel waardig sterven.'”
Voedselbossen met een combinatie van inheemse bomen en fruitbomen.
Het zijn zulke ervaringen die German met trots vervullen. “Ik voel me nuttig. Na veertig jaar praktijkervaring beschouwen mensen me als een leider.” Maar uitgeleerd voelt hij zich allerminst: samen met andere NGO’s werkt hij verder aan een aanpak waarin bomen en water centraal staan. “De boer in de Andes vraagt zich voortdurend af: waarvan kan ik mijn gezin onderhouden? Water is leven en bomen zorgen ervoor dat het water beschikbaar komt.”
De succesformule is daarom: water zaaien, opslaan en oogsten. In de praktijk komt dat neer op het herbebossen van gebieden hoog in de bergen waar regenwater zich verzamelt. Vervolgens wordt het water opgevangen in de reservoirs dat daardoor het hele jaar beschikbaar blijft. En de boeren vormen hun monotone akkers om naar boslandbouw met gewassen, fruitbomen en inheemse bomen die in de droge tijd water krijgen uit de reservoirs.
De werkzaamheden worden tot in de uithoeken van de Boliviaanse Andes uitgevoerd. Altijd met lokale medewerkers, op aanvraag van de dorpen. Stichting Samay levert de boompjes, het bouwmateriaal voor de waterreservoirs en de begeleiding. De bevolking zelf doet de rest. Dat werkt, juist door die intrinsieke motivatie om de vruchten van het water en de bomen te plukken.
Trees for All heeft een boost kunnen geven aan deze aanpak door een deel van de waterreservoirs te financieren en de aanplant van honderdduizenden bomen mogelijk te maken. En de resultaten zijn hoopvol: “Het water komt terug in de bergen. De aanplant zorgt voor het eerste herstel, de natuur doet de rest. Zij is wijs en veerkrachtig.”
Samen met Stichting Samay zetten we ons in voor herbebossing in het Boliviaanse Andesgebergte. We steunen lokale gemeenschappen bij de aanplant van bomen in sterk gedegradeerde gebieden om de watertekorten in de regio aan te pakken. Daarnaast helpen we de families op weg met agroforestry, waarbij ze inheemse bomen samen met gewassen planten. Deze boslandbouw is een duurzaam alternatief voor traditionele landbouw en draagt zo bij aan minder ontbossing, meer vruchtbare grond en meer voedselzekerheid.
Lees meer