Je bent nu op de Engelse pagina. Wil je naar de Nederlandse pagina? Klik dan hier.
seify-2-2

Zonder bomen valt er in Tigray (Ethiopië) niet te overleven: zo maken we een verschil

13 October 2025

Een succesvol boomaanplant- of herbebossingsproject opzetten vraagt om lef en doorzettingsvermogen. In onze serie ‘Projecthelden’ spreken we met de mensen achter de projecten die Trees for All steunt. Deze keer: Seifu Gebreslassie, coördinator van het EthioTrees-project in Tigray (Ethiopië). “Het is moeilijk overleven hier, dus alle steun om bomen te planten is welkom.”

Zonder bomen geen voedsel

Dat bomen in de Tembien Highlands van Tigray harder nodig zijn dan ooit, weet projectcoördinator Seifu Gebreslassie (39) als geen ander. De meeste mensen hier leven van de landbouw, maar door de jaren heen zag hij de omgeving steeds droger worden door klimaatverandering en niet-duurzame landbouwmethodes. Voedseltekorten zijn in Tigray dan ook eerder regel dan uitzondering. Seifu: “Zonder bomen is er voor boeren geen vruchtbare grond om voedsel te verbouwen. We hebben bomen dus nodig om te kunnen overleven.”

Dit is dan ook een belangrijke drijfveer voor Seifu om zich in te zetten voor bosbeheer. Na zijn universitaire studie in Forestry werkte hij een tijd voor de overheid in Tigray, waar hij in 2016 Jan Neyssen, Sil Lanckriet en Miro Jacob ontmoet. Deze PhD-studenten van de Universiteit Gent doen op dat moment onderzoek naar de invloed van klimaatverandering op het landgebruik in de Tembien Highlands. Seifu: “Ook zij zagen hoe moeilijk mensen het hadden om voedsel te verbouwen. Zo ontstond het idee voor EthioTrees, om de leefomstandigheden van mensen te verbeteren dankzij duurzaam bosbeheer.”

Bosherstel en boslandbouw in één

Het drietal bundelt hun krachten. Seifu wordt als projectleider verantwoordelijk voor de dagelijkse uitvoer van het project. Dankzij zijn goede relaties met lokale gemeenschapen enerzijds en overheidsinstanties anderzijds is hij de ideale projectleider om van dit project een succes te maken.

Dat begint met natuurherstel in zogeheten exclosures: stukken gemeenschappelijke grond, waar boeren natuurherstel bevorderen door te stoppen met houtkap en begrazing door vee. Ook graven ze waterinfiltratiegeulen om de bodem en waterhuishouding te verbeteren, en planten ze bomen op plekken waar de natuur zelf niet meer op gang komt.

“Op deze manier hebben we al 68 exclosures hersteld”, vertelt Seifu trots. En het had nóg een positief effect. “Toen de mensen zagen dat de natuur weer op gang kwam, kwamen ze met de vraag of we ook konden helpen met agroforestry, een eeuwenoude traditie hier.”

Dat betekent in de praktijk dat boeren een combinatie van bomen en gewassen op hun land planten, zoals mais, sorghum en teff. “Voor veel boeren was agroforestry jarenlang geen optie omdat ze daarvoor niet de juiste middelen of geld hadden”, verklaart Seifu. “Dit project heeft daar verandering in gebracht.”

Door klimaatverandering en niet-duurzame landbouwmethodes is de regio Tigray steeds droger geworden en zijn voedseltekorten eerder regel dan uitzondering.

De eerste resultaten: 11.000 land hersteld

Seifu en zijn teams mobiliseren gemeenschappen om mee te doen met het project. De boeren krijgen trainingen in agroforestry. Ze leren welke bomen ze kunnen planten, hoe ze die beheren en hoe ze goede inkomsten aan het project overhouden. Daarnaast is het project gecertificeerd door Plan Vivo, een internationaal keurmerk voor CO2-compensatie. Dit betekent dat het EthioTrees project zogeheten credits mag uitgeven voor de bomen die geplant worden. Boeren en gemeenschappen die hun grond beschikbaar stellen voor de aanplant van bomen, ontvangen extra inkomsten uit deze credits.

In het begin was het soms lastig om mensen te overtuigen mee te doen, herinnert Seifu zich. Maar dat is tegenwoordig wel anders. “Mensen zien bij hun buren na een jaar soms bomen van al anderhalve meter hoog groeien. Dat willen zij dan ook.”  

In combinatie met de extra inkomsten uit CO2-credits zorgt het voor een enorme groei van het project. Seifu: “In het begin deed ik alles in mijn eentje en hielp ik een klein groepje boeren die samen ruim 700 hectare grond bezitten. Nu zijn we met 15 medewerkers en helpen we zo’n 24.000 huishoudens die samen 11.000 hectare land beheren.”

Verschillende mensen die meedoen met het EthioTrees project. Ze staan tussen geplante boompjes, die met takken tegen de zon worden beschermd.

Minder armoede, meer voedsel, meer natuur

Wat Seifu het mooiste vindt aan het project? “Dat het de mensen echt helpt en hun leefomgeving verbetert”, zegt hij. “De bomen nemen CO2 op en zorgen voor een vruchtbare bodem. En op agroforestry-percelen groeien meerde soorten voedsel, waardoor mensen minder afhankelijk zijn van de opbrengst van één gewas of de import van voedsel. De bomen maken mensen zelfstandiger en veerkrachtiger.”

Hoe cruciaal die zelfredzaamheid is, werd de afgelopen jaren pijnlijk duidelijk tijdens de Tigray oorlog. Lange tijd was de regio afgesloten van de buitenwereld en liepen de voedseltekorten nog verder op. Seifu: “Maar doordat projectdeelnemers tijdens de oorlog wel inkomsten uit de CO2-credits ontvingen, konden ze toch voedsel inkopen en overleven.”

Zijn droom is dan ook om nog veel meer gemeenschappen te betrekken bij het EthioTrees project. “Aan de motivatie hier ligt het niet. Mensen zien in dat ze bomen nodig hebben en zijn heel gemotiveerd ze te planten en te onderhouden. Maar het is moeilijk overleven hier, dus alle steun om bomen te planten is welkom. Zo kunnen we armoede bestrijden, de voedselzekerheid verbeteren en nieuwe generaties voorbereiden om beter om te gaan met de gevolgen van klimaatverandering.”

bomen-kwekerij-ethiopie

De boompjes groeien in lokale kwekerijen totdat ze groot genoeg zijn om de grond in te gaan.